De afgang van een opleider
Waar gebeurd: de opleider van de OR wordt door de bestuurder gevraagd om in de overlegvergadering wat te vertellen over zijn ervaringen met het bedrijf en de medezeggenschap. De opleider bespreekt vooraf met de OR wat hij in grote lijnen zal vertellen. Omdat hij meent dat dit in het voordeel van de OR is, zegt de opleider In de vergadering echter ook wat de OR liever niet wilde horen. OR boos, opleider exit.
Wat is hier nu mis gegaan? Was de opleider eigenwijs of was de OR onduidelijk? Waarom greep er geen OR-lid in tijdens het praatje? Bijvoorbeeld door de vergadering te schorsen?
Baas
De ondernemingsraad is de opdrachtgever van de opleider, ook als de bestuurder van die OR zelf contact met hem wil. Dat zijn werk uiteindelijk door de organisatie wordt betaald, speelt daarbij geen enkele rol. De OR blijft dus de baas maar dat wordt zelden zo benoemd. Ook de opleider kan die werkverhouding uit het oog verliezen en vanuit de beste bedoelingen beslissingen nemen die niet vooraf met de OR zijn overlegd.
In de opleidingssituatie wordt dat ook van hem verwacht. In het voorgesprek legt de OR zijn opleidingsbehoefte op tafel, de opleider vertaalt dat in leerdoelen en voorziet het van een programma op hoofdlijnen waar de OR dan weer zijn akkoord aan geeft. Hoe de opleider dat programma gaat waarmaken, daar gaat de OR niet over.
Anders
Maar hier ligt het anders. Als de opleider zo’n uitnodiging van de bestuurder wil aangrijpen om de OR vooruit te helpen, dan moet hij tevoren open kaart spelen en de wensen van de OR, zijn opdrachtgever, respecteren. Ook als hij denkt dat zijn visie de belangen van de OR beter dient!
Natuurlijk is elke OR blij met een opleider die zich werkelijk blijkt in te zetten voor het beter functioneren van de medezeggenschap. Dat mag er echter niet toe leiden dat de OR onduidelijkheid laat bestaan over wat hij wel en niet wil of dat de opleider daartegenin gaat.
Tips
Hanteer voor een goede samenwerking met de opleider de volgende tips:
- Bepaal binnen de OR waar de opleider voor wordt ingeschakeld;
- Maak met de opleider afspraken hoe tijdens het werk contact over dat werk mogelijk blijft;
- Laat de opleider duidelijk maken hoe hij zijn rol ziet ten aanzien van andere functionarissen dan de OR;
- Maak duidelijk dat de OR te allen tijde de ‘baas’ blijft.